back to cluster viewer

cluster path 000011101100

188 words, 394,268 tokens freq alpha suffix

Words in frequency order

1 helpen 107,640
2 stoppen 73,400
3 meedoen 25,357
4 trouwen 19,147
5 opnemen 18,479
6 feliciteren 11,146
7 ophouden 10,519
8 bemoeien 8,241
9 omgaan 7,830
10 vergelijken 5,686
11 spotten 5,085
12 kappen 4,236
13 samenwerken 3,750
14 oprotten 3,468
15 stoppe 3,200
16 omgaat 3,114
17 verrassen 2,950
18 meedoet 2,865
19 combineren 2,861
20 meewerken 2,853
21 joinen 2,422
22 helpe 2,412
23 insmeren 2,394
24 dreigen 2,371
25 opvrolijken 2,106
26 focken 2,091
27 opdonderen 1,822
28 inmaken 1,764
29 meehelpen 1,737
30 verbinden 1,651
31 vergezellen 1,622
32 meespelen 1,603
33 minderen 1,578
34 aanschuiven 1,557
35 opgescheept 1,402
36 overweg 1,287
37 kennismaken 1,219
38 overeen 1,181
39 lastigvallen 1,168
40 meetrainen 1,053
41 supporten 1,041
42 omga 1,033
43 fokke 993
44 verassen 983
45 belonen 946
46 ophoud 927
47 experimenteren 879
48 ophoudt 865
49 uithuilen 851
50 kappe 822
51 bezighouden 767
52 meedoe 761
53 meeleven 738
54 meedeed 707
55 neerschieten 673
56 verwarren 665
57 verblijden 634
58 meeluisteren 591
59 wegjagen 580
60 pronken 576
61 omkopen 567
62 opzouten 564
63 omging 534
64 complimenteren 522
65 oprotte 517
66 opflikkeren 513
67 focke 506
68 volproppen 504
69 bijstaan 470
70 stopen 466
71 bekogelen 442
72 afwisselen 425
73 mee-eten 417
74 vermenigvuldigen 386
75 bemoeie 370
76 wegkomen 362
77 meelachen 347
78 wegspoelen 339
79 confronteren 331
80 frauderen 313
81 overgooien 310
82 optyfen 306
83 bezighoudt 297
84 concurreren 284
85 opkankere 278
86 instemmen 274
87 identificeren 270
88 nokken 241
89 bijtekenen 240
90 ophoude 234
91 helpenn 231
92 battlen 218
93 stopppen 216
94 meedansen 211
95 volstaan 208
96 bestoken 206
97 gorgelen 199
98 sollen 196
99 opkkre 191
100 samenwerkt 186
101 verloven 185
102 opbokken 182
103 overeenkomt 170
104 wegkomt 170
105 tinychatten 166
106 ophield 163
107 meevoetballen 161
108 blijmaken 160
109 meerennen 158
110 opvrolijke 157
111 overrijden 157
112 vermoeien 143
113 meehelpt 142
114 beplakken 136
115 kwellen 136
116 stoeie 135
117 vergelijke 133
118 stoppenn 132
119 helpen:p 127
120 besmetten 125
121 optiefen 124
122 volstoppen 124
123 meevaren 123
124 rondrijdt 123
125 overeenkomen 120
126 wegblazen 116
127 instemt 115
128 patsen 114
129 blerren 113
130 opkkren 113
131 helpen:P 109
132 ophou 108
133 optieven 106
134 levelen 105
135 helepen 103
136 oppleuren 97
137 blijgemaakt 95
138 medoen 93
139 battelen 91
140 bekopen 91
141 moeien 89
142 verrekenen 89
143 sjoemelen 85
144 helpn 84
145 associeren 80
146 insmeert 80
147 stope 77
148 wegkom 77
149 meeschrijven 76
150 verblinden 73
151 meestemmen 72
152 aanpappen 71
153 uphooken 71
154 inwonen 67
155 natspuiten 67
156 betoveren 66
157 meevliegen 66
158 doodmeppen 65
159 doodgooien 64
160 omringen 64
161 helpen:D 63
162 afschepen 62
163 blessen 62
164 ophoeren 62
165 volpompen 62
166 opkrassen 61
167 volgieten 61
168 meedoenn 59
169 samengaat 59
170 uitvragen 58
171 concureren 57
172 massere 57
173 bezighoud 56
174 heulen 56
175 onderspuiten 55
176 openemen 55
177 LG-toestel 54
178 samenvallen 54
179 supporte 54
180 inchecke 53
181 optyfe 53
182 volspuiten 53
183 drogeren 52
184 inlaat 52
185 ophouwe 52
186 bespuiten 51
187 samenhangt 51
188 stoppn 50

Words in alphabetical order

1 LG-toestel 54
2 aanpappen 71
3 aanschuiven 1,557
4 afschepen 62
5 afwisselen 425
6 associeren 80
7 battelen 91
8 battlen 218
9 bekogelen 442
10 bekopen 91
11 belonen 946
12 bemoeie 370
13 bemoeien 8,241
14 beplakken 136
15 besmetten 125
16 bespuiten 51
17 bestoken 206
18 betoveren 66
19 bezighoud 56
20 bezighouden 767
21 bezighoudt 297
22 bijstaan 470
23 bijtekenen 240
24 blerren 113
25 blessen 62
26 blijgemaakt 95
27 blijmaken 160
28 combineren 2,861
29 complimenteren 522
30 concureren 57
31 concurreren 284
32 confronteren 331
33 doodgooien 64
34 doodmeppen 65
35 dreigen 2,371
36 drogeren 52
37 experimenteren 879
38 feliciteren 11,146
39 focke 506
40 focken 2,091
41 fokke 993
42 frauderen 313
43 gorgelen 199
44 helepen 103
45 helpe 2,412
46 helpen 107,640
47 helpen:D 63
48 helpen:P 109
49 helpen:p 127
50 helpenn 231
51 helpn 84
52 heulen 56
53 identificeren 270
54 inchecke 53
55 inlaat 52
56 inmaken 1,764
57 insmeert 80
58 insmeren 2,394
59 instemmen 274
60 instemt 115
61 inwonen 67
62 joinen 2,422
63 kappe 822
64 kappen 4,236
65 kennismaken 1,219
66 kwellen 136
67 lastigvallen 1,168
68 levelen 105
69 massere 57
70 medoen 93
71 mee-eten 417
72 meedansen 211
73 meedeed 707
74 meedoe 761
75 meedoen 25,357
76 meedoenn 59
77 meedoet 2,865
78 meehelpen 1,737
79 meehelpt 142
80 meelachen 347
81 meeleven 738
82 meeluisteren 591
83 meerennen 158
84 meeschrijven 76
85 meespelen 1,603
86 meestemmen 72
87 meetrainen 1,053
88 meevaren 123
89 meevliegen 66
90 meevoetballen 161
91 meewerken 2,853
92 minderen 1,578
93 moeien 89
94 natspuiten 67
95 neerschieten 673
96 nokken 241
97 omga 1,033
98 omgaan 7,830
99 omgaat 3,114
100 omging 534
101 omkopen 567
102 omringen 64
103 onderspuiten 55
104 opbokken 182
105 opdonderen 1,822
106 openemen 55
107 opflikkeren 513
108 opgescheept 1,402
109 ophield 163
110 ophoeren 62
111 ophou 108
112 ophoud 927
113 ophoude 234
114 ophouden 10,519
115 ophoudt 865
116 ophouwe 52
117 opkankere 278
118 opkkre 191
119 opkkren 113
120 opkrassen 61
121 opnemen 18,479
122 oppleuren 97
123 oprotte 517
124 oprotten 3,468
125 optiefen 124
126 optieven 106
127 optyfe 53
128 optyfen 306
129 opvrolijke 157
130 opvrolijken 2,106
131 opzouten 564
132 overeen 1,181
133 overeenkomen 120
134 overeenkomt 170
135 overgooien 310
136 overrijden 157
137 overweg 1,287
138 patsen 114
139 pronken 576
140 rondrijdt 123
141 samengaat 59
142 samenhangt 51
143 samenvallen 54
144 samenwerken 3,750
145 samenwerkt 186
146 sjoemelen 85
147 sollen 196
148 spotten 5,085
149 stoeie 135
150 stope 77
151 stopen 466
152 stoppe 3,200
153 stoppen 73,400
154 stoppenn 132
155 stoppn 50
156 stopppen 216
157 supporte 54
158 supporten 1,041
159 tinychatten 166
160 trouwen 19,147
161 uithuilen 851
162 uitvragen 58
163 uphooken 71
164 verassen 983
165 verbinden 1,651
166 verblijden 634
167 verblinden 73
168 vergelijke 133
169 vergelijken 5,686
170 vergezellen 1,622
171 verloven 185
172 vermenigvuldigen 386
173 vermoeien 143
174 verrassen 2,950
175 verrekenen 89
176 verwarren 665
177 volgieten 61
178 volpompen 62
179 volproppen 504
180 volspuiten 53
181 volstaan 208
182 volstoppen 124
183 wegblazen 116
184 wegjagen 580
185 wegkom 77
186 wegkomen 362
187 wegkomt 170
188 wegspoelen 339

Words in suffix order

1 helpen:D 63
2 helpen:P 109
3 omga 1,033
4 meedeed 707
5 ophield 163
6 bezighoud 56
7 ophoud 927
8 ophoude 234
9 optyfe 53
10 bemoeie 370
11 stoeie 135
12 inchecke 53
13 focke 506
14 vergelijke 133
15 opvrolijke 157
16 fokke 993
17 meedoe 761
18 helpe 2,412
19 stope 77
20 kappe 822
21 stoppe 3,200
22 opkankere 278
23 massere 57
24 opkkre 191
25 supporte 54
26 oprotte 517
27 ophouwe 52
28 overweg 1,287
29 omging 534
30 LG-toestel 54
31 wegkom 77
32 omgaan 7,830
33 bijstaan 470
34 volstaan 208
35 verblijden 634
36 overrijden 157
37 verbinden 1,651
38 verblinden 73
39 bezighouden 767
40 ophouden 10,519
41 overeen 1,181
42 optiefen 124
43 optyfen 306
44 wegjagen 580
45 uitvragen 58
46 meevliegen 66
47 vermenigvuldigen 386
48 dreigen 2,371
49 omringen 64
50 meelachen 347
51 moeien 89
52 bemoeien 8,241
53 vermoeien 143
54 doodgooien 64
55 overgooien 310
56 blijmaken 160
57 inmaken 1,764
58 kennismaken 1,219
59 focken 2,091
60 vergelijken 5,686
61 opvrolijken 2,106
62 beplakken 136
63 opbokken 182
64 nokken 241
65 pronken 576
66 uphooken 71
67 bestoken 206
68 meewerken 2,853
69 samenwerken 3,750
70 bekogelen 442
71 gorgelen 199
72 sjoemelen 85
73 wegspoelen 339
74 meespelen 1,603
75 afwisselen 425
76 battelen 91
77 levelen 105
78 uithuilen 851
79 meevoetballen 161
80 lastigvallen 1,168
81 samenvallen 54
82 kwellen 136
83 vergezellen 1,622
84 sollen 196
85 battlen 218
86 heulen 56
87 openemen 55
88 opnemen 18,479
89 meestemmen 72
90 instemmen 274
91 wegkomen 362
92 overeenkomen 120
93 verrekenen 89
94 bijtekenen 240
95 meetrainen 1,053
96 joinen 2,422
97 meerennen 158
98 belonen 946
99 inwonen 67
100 meedoen 25,357
101 medoen 93
102 afschepen 62
103 helepen 103
104 helpen 107,640
105 meehelpen 1,737
106 volpompen 62
107 bekopen 91
108 omkopen 567
109 stopen 466
110 kappen 4,236
111 aanpappen 71
112 doodmeppen 65
113 volproppen 504
114 stoppen 73,400
115 volstoppen 124
116 stopppen 216
117 meevaren 123
118 identificeren 270
119 minderen 1,578
120 opdonderen 1,822
121 frauderen 313
122 drogeren 52
123 associeren 80
124 opflikkeren 513
125 insmeren 2,394
126 combineren 2,861
127 ophoeren 62
128 concurreren 284
129 concureren 57
130 feliciteren 11,146
131 complimenteren 522
132 experimenteren 879
133 confronteren 331
134 meeluisteren 591
135 betoveren 66
136 opkkren 113
137 verwarren 665
138 blerren 113
139 oppleuren 97
140 meedansen 211
141 verassen 983
142 opkrassen 61
143 verrassen 2,950
144 blessen 62
145 patsen 114
146 mee-eten 417
147 volgieten 61
148 neerschieten 673
149 bespuiten 51
150 volspuiten 53
151 onderspuiten 55
152 natspuiten 67
153 supporten 1,041
154 tinychatten 166
155 besmetten 125
156 spotten 5,085
157 oprotten 3,468
158 opzouten 564
159 optieven 106
160 meeleven 738
161 aanschuiven 1,557
162 meeschrijven 76
163 verloven 185
164 trouwen 19,147
165 wegblazen 116
166 meedoenn 59
167 helpenn 231
168 stoppenn 132
169 helpn 84
170 stoppn 50
171 helpen:p 127
172 omgaat 3,114
173 samengaat 59
174 inlaat 52
175 rondrijdt 123
176 bezighoudt 297
177 ophoudt 865
178 meedoet 2,865
179 samenhangt 51
180 blijgemaakt 95
181 samenwerkt 186
182 instemt 115
183 wegkomt 170
184 overeenkomt 170
185 opgescheept 1,402
186 meehelpt 142
187 insmeert 80
188 ophou 108