cluster path 0111011111110111

172 words, 429,832 tokens freq alpha suffix

Words in frequency order

1	haal	82,843
2	pak	70,085
3	leer	47,240
4	stel	36,319
5	sla	30,212
6	kies	17,187
7	betaal	12,646
8	bestel	6,977
9	breek	5,901
10	slaag	5,447
11	lever	4,558
12	skip	4,547
13	schuif	4,268
14	train	4,157
15	plak	3,835
16	bedank	3,295
17	flip	3,271
18	spaar	3,088
19	verslaap	3,017
20	blijk	2,698
21	vang	2,655
22	naai	2,416
23	steel	2,364
24	fix	2,321
25	trakteer	2,283
26	pluk	2,118
27	smeer	2,076
28	duw	2,060
29	scoor	2,029
30	verneuk	1,876
31	zwem	1,874
32	vergelijk	1,758
33	eindig	1,737
34	beweeg	1,702
35	scheer	1,669
36	grijp	1,649
37	prop	1,596
38	snij	1,546
39	beleef	1,464
40	bezorg	1,234
41	wiep	1,224
42	thuiskom	1,221
43	tref	1,201
44	veeg	1,171
45	bof	1,166
46	knijp	1,087
47	kopieer	1,059
48	stamp	1,021
49	bescherm	981
50	spoel	911
51	stop	880
52	verzorg	879
53	staak	869
54	verwen	810
55	verzamel	769
56	moedig	743
57	klaat	705
58	keur	631
59	haaal	625
60	vouw	622
61	jaag	620
62	tover	620
63	vervang	617
64	dump	572
65	presenteer	565
66	douw	554
67	verwijs	546
68	slaa	499
69	rammel	489
70	til	482
71	versier	474
72	controleer	473
73	snuif	451
74	herkans	438
75	ontspan	408
76	sleep	402
77	buig	382
78	tem	357
79	leeer	355
80	beheers	320
81	krop	312
82	skipp	303
83	smokkel	291
84	verleng	280
85	tiep	277
86	murder	274
87	stofzuig	255
88	verknal	247
89	verschijn	228
90	strooi	211
91	begraaf	210
92	verpruts	206
93	registreer	204
94	overwin	202
95	martel	199
96	kopier	196
97	epileer	181
98	wurg	179
99	serveer	175
100	sluip	172
101	gao	168
102	verscheurde	168
103	blokeer	156
104	publiceer	155
105	onderteken	153
106	verschuif	148
107	pakk	144
108	spendeer	142
109	verwissel	142
110	beval	141
111	expose	136
112	vod	135
113	beroof	133
114	fixx	130
115	verstoor	129
116	blus	127
117	bedien	122
118	kiez	120
119	behoed	119
120	verban	115
121	zga	115
122	formuleer	113
123	stell	113
124	verklein	113
125	ontsnap	111
126	kantel	110
127	speek	107
128	pay	106
129	plunder	100
130	haaaal	99
131	vertegenwoordig	99
132	annuleer	97
133	reik	96
134	sgrijf	96
135	helje	95
136	versnel	95
137	monteer	93
138	wantrouw	91
139	versterk	89
140	vestig	89
141	snep	87
142	herb	86
143	beschadig	85
144	tracteer	85
145	vien	85
146	markeer	83
147	goi	81
148	verleg	78
149	bedek	75
150	roof	75
151	sorteer	75
152	verwarm	75
153	verscheur	74
154	ziej	74
155	badder	70
156	zwaffel	69
157	knaag	68
158	zil	68
159	verkanker	66
160	kalmeer	65
161	kidnap	65
162	msi	64
163	onthul	61
164	goj	60
165	verken	59
166	feuhn	57
167	gedenk	53
168	haall	53
169	schrob	53
170	hozzel	52
171	beoefen	51
172	hoeg	51

Words in alphabetical order

1	annuleer	97
2	badder	70
3	bedank	3,295
4	bedek	75
5	bedien	122
6	begraaf	210
7	beheers	320
8	behoed	119
9	beleef	1,464
10	beoefen	51
11	beroof	133
12	beschadig	85
13	bescherm	981
14	bestel	6,977
15	betaal	12,646
16	beval	141
17	beweeg	1,702
18	bezorg	1,234
19	blijk	2,698
20	blokeer	156
21	blus	127
22	bof	1,166
23	breek	5,901
24	buig	382
25	controleer	473
26	douw	554
27	dump	572
28	duw	2,060
29	eindig	1,737
30	epileer	181
31	expose	136
32	feuhn	57
33	fix	2,321
34	fixx	130
35	flip	3,271
36	formuleer	113
37	gao	168
38	gedenk	53
39	goi	81
40	goj	60
41	grijp	1,649
42	haaaal	99
43	haaal	625
44	haal	82,843
45	haall	53
46	helje	95
47	herb	86
48	herkans	438
49	hoeg	51
50	hozzel	52
51	jaag	620
52	kalmeer	65
53	kantel	110
54	keur	631
55	kidnap	65
56	kies	17,187
57	kiez	120
58	klaat	705
59	knaag	68
60	knijp	1,087
61	kopieer	1,059
62	kopier	196
63	krop	312
64	leeer	355
65	leer	47,240
66	lever	4,558
67	markeer	83
68	martel	199
69	moedig	743
70	monteer	93
71	msi	64
72	murder	274
73	naai	2,416
74	onderteken	153
75	onthul	61
76	ontsnap	111
77	ontspan	408
78	overwin	202
79	pak	70,085
80	pakk	144
81	pay	106
82	plak	3,835
83	pluk	2,118
84	plunder	100
85	presenteer	565
86	prop	1,596
87	publiceer	155
88	rammel	489
89	registreer	204
90	reik	96
91	roof	75
92	scheer	1,669
93	schrob	53
94	schuif	4,268
95	scoor	2,029
96	serveer	175
97	sgrijf	96
98	skip	4,547
99	skipp	303
100	sla	30,212
101	slaa	499
102	slaag	5,447
103	sleep	402
104	sluip	172
105	smeer	2,076
106	smokkel	291
107	snep	87
108	snij	1,546
109	snuif	451
110	sorteer	75
111	spaar	3,088
112	speek	107
113	spendeer	142
114	spoel	911
115	staak	869
116	stamp	1,021
117	steel	2,364
118	stel	36,319
119	stell	113
120	stofzuig	255
121	stop	880
122	strooi	211
123	tem	357
124	thuiskom	1,221
125	tiep	277
126	til	482
127	tover	620
128	tracteer	85
129	train	4,157
130	trakteer	2,283
131	tref	1,201
132	vang	2,655
133	veeg	1,171
134	verban	115
135	vergelijk	1,758
136	verkanker	66
137	verken	59
138	verklein	113
139	verknal	247
140	verleg	78
141	verleng	280
142	verneuk	1,876
143	verpruts	206
144	verscheur	74
145	verscheurde	168
146	verschijn	228
147	verschuif	148
148	versier	474
149	verslaap	3,017
150	versnel	95
151	versterk	89
152	verstoor	129
153	vertegenwoordig	99
154	vervang	617
155	verwarm	75
156	verwen	810
157	verwijs	546
158	verwissel	142
159	verzamel	769
160	verzorg	879
161	vestig	89
162	vien	85
163	vod	135
164	vouw	622
165	wantrouw	91
166	wiep	1,224
167	wurg	179
168	zga	115
169	ziej	74
170	zil	68
171	zwaffel	69
172	zwem	1,874

Words in suffix order

1	slaa	499
2	zga	115
3	sla	30,212
4	schrob	53
5	herb	86
6	behoed	119
7	vod	135
8	verscheurde	168
9	helje	95
10	expose	136
11	begraaf	210
12	beleef	1,464
13	tref	1,201
14	schuif	4,268
15	verschuif	148
16	snuif	451
17	sgrijf	96
18	bof	1,166
19	roof	75
20	beroof	133
21	jaag	620
22	slaag	5,447
23	knaag	68
24	veeg	1,171
25	beweeg	1,702
26	verleg	78
27	hoeg	51
28	beschadig	85
29	moedig	743
30	eindig	1,737
31	vertegenwoordig	99
32	vestig	89
33	buig	382
34	stofzuig	255
35	vang	2,655
36	vervang	617
37	verleng	280
38	bezorg	1,234
39	verzorg	879
40	wurg	179
41	naai	2,416
42	goi	81
43	strooi	211
44	msi	64
45	ziej	74
46	snij	1,546
47	goj	60
48	staak	869
49	plak	3,835
50	pak	70,085
51	bedek	75
52	speek	107
53	breek	5,901
54	reik	96
55	blijk	2,698
56	vergelijk	1,758
57	pakk	144
58	bedank	3,295
59	gedenk	53
60	versterk	89
61	verneuk	1,876
62	pluk	2,118
63	haaaal	99
64	haaal	625
65	haal	82,843
66	betaal	12,646
67	verknal	247
68	beval	141
69	steel	2,364
70	zwaffel	69
71	smokkel	291
72	verzamel	769
73	rammel	489
74	versnel	95
75	spoel	911
76	verwissel	142
77	kantel	110
78	martel	199
79	stel	36,319
80	bestel	6,977
81	hozzel	52
82	til	482
83	zil	68
84	haall	53
85	stell	113
86	onthul	61
87	tem	357
88	zwem	1,874
89	thuiskom	1,221
90	verwarm	75
91	bescherm	981
92	verban	115
93	ontspan	408
94	beoefen	51
95	bedien	122
96	vien	85
97	onderteken	153
98	verken	59
99	verwen	810
100	feuhn	57
101	train	4,157
102	verklein	113
103	overwin	202
104	verschijn	228
105	gao	168
106	verslaap	3,017
107	kidnap	65
108	ontsnap	111
109	sleep	402
110	tiep	277
111	wiep	1,224
112	snep	87
113	skip	4,547
114	flip	3,271
115	sluip	172
116	knijp	1,087
117	grijp	1,649
118	stamp	1,021
119	dump	572
120	krop	312
121	prop	1,596
122	stop	880
123	skipp	303
124	spaar	3,088
125	badder	70
126	plunder	100
127	murder	274
128	publiceer	155
129	spendeer	142
130	leeer	355
131	scheer	1,669
132	kopieer	1,059
133	blokeer	156
134	markeer	83
135	leer	47,240
136	epileer	181
137	controleer	473
138	formuleer	113
139	annuleer	97
140	kalmeer	65
141	smeer	2,076
142	registreer	204
143	tracteer	85
144	trakteer	2,283
145	presenteer	565
146	monteer	93
147	sorteer	75
148	serveer	175
149	kopier	196
150	versier	474
151	verkanker	66
152	lever	4,558
153	tover	620
154	scoor	2,029
155	verstoor	129
156	verscheur	74
157	keur	631
158	kies	17,187
159	verwijs	546
160	herkans	438
161	beheers	320
162	verpruts	206
163	blus	127
164	klaat	705
165	duw	2,060
166	douw	554
167	wantrouw	91
168	vouw	622
169	fix	2,321
170	fixx	130
171	pay	106
172	kiez	120