English translations of Dutch NPIs

A. minimum quantity


verbal idioms
een speld tussen kunnen krijgento be able to get a needle in between
een strobreed in de weg leggento lay a straw-width in the way
een knip voor de neus waard zijnto be worth a snap in front of the nose
een hand voor de ogen ziento see a hand in front of the eyes
een haar krenkento harm a hair


NPs
een moera nut
een klapa slap
een snarsa jot
een ziera toss
een greintjea little grain
een stervelinga mortal
een lora rag
een bliksema flash of lightning


B. maximum quantity
in jarenin years
in eeuwenin ages
voor goudfor gold
ter wereldin the world
in de verste vertein the farthest distance
in velden of wegenin fields or roads


C. indifference
kunnen schelento care
kunnen derento be able to harm
kunnen donderento be able to thunder
kunnen verdommento be able to damn
zich ergens iets van aantrekkento bother about something
zich iets gelegen laten liggento pay attention
ergens iets op uit doento bother about something
malen omto care about
iets uitmakento make a difference
iets gevento matter
ertoe doento matter
om het lijf hebbento be of importance
om (de) hakken hebbento be of importance


D. intolerance/dislike
kunnen uitstaancan stand
kunnen velencan stand
kunnen hebbencan have
te harden zijnto be bearable
kunnen verdragencan bear
kunnen verkroppencan swallow
kunnen zettencan stomach
ergens tegen kunnencan bear something


E. incapacity
iets kunnen helpencan help something
iets kunnen latento be able to desist something
batento be of avail
ergens iets aan kunnen doento be able to do something about something
zoden aan de dijk zettento put turfs on the dike
iets uithalento be of avail


F. matching
ergens voor onder doento knuckle under for something
kunnen tippen aancan hold a candle to
kunnen evenarencan hold a candle to
zijn weerga kennento know one's match


G. unawareness
benul hebbento have a notion
erg hebben into be aware of
notie hebbento have a notion
idee hebbento have an idea
weet hebben vanto have knowledge of
van...of...wetento know of...or...


H. degree
bijsterall that
noemenswaardigworth mentioning
hoegenaamdwhatsoever


I. special cases
hoevenhave to/need
meeranymore
ooitever
ook maareven/so much as

UpUp to general Table of Contents