Overzicht Algemeen Woordklassen
Functionele kenmerken
[1] [2]

naamval (case/casus)


• definitie: geeft de grammaticale functie van de naamwoordgroep weer

• voorbeeld (Latijn):

serpens serpit
slang:SUBJECT kruipt 'de slang kruipt' (ook wel: nominatief)

serpent-em video
slang-OBJECT ik-zie 'ik zie de slang' (ook wel: accusatief)

• typologie: vaak niet uitgedrukt; vaak uitgedrukt op het lidwoord (Duits):

der mann kommt
de:SUBJECT man komt

ich sehe den mann
ik zie de:OBJECT man