Overzicht
Accusatief/Ergatief Volgorde Naamval/Agreement
Subject/Object
[1] [2]

Subjectsidentificatietests
de controle-test

1. Neem een zin waarvan je het subject wilt identificeren:

(1) Teun drinkt thee

2. Zet hem in de bijzinsvolgorde:

(2) Teun thee drinkt

3. Maak het werkwoord infiniet:

(3) Teun thee (te) drinken

4. Maak er een bijzin bij een controlewerkwoord van:

(4) Teun probeert [ Teun thee te drinken ]

5. Kijk welk element er wegvalt: dat is het subject van (1):

(5) Teun probeert [ Teun thee te drinken ]

terug