a "Dit stukje was door den auteur losweg geschreven, in de
stemming die het motto, waarmee het ditmaal pronkt, aan geeft.
Hij meende er schertsende mee te velde te trekken tegen het al
te mathematische in wetenschap en opvoeding. Onloochenbaar is
het, dat hem hier en daar een ernstiger wenkje is ontvallen, en
wat daar waars en behartigenswaardigs in zou kunnen zijn, neemt
hij ook nu niet terug; maar hij wilde niet gaarne, dat men zijn
opstel voor eene opzettelijke smaadrede op alle wetenschappelijk
onderzoek aanzag, en het er voorhield als of hij eene kinderachtige
lofrede op kinderachtig bijgeloof had willen schrijven." Aant. bij den 2den druk
van dit stukje,in 1840.(Proza en Poëzy; Verspr. Opst. en
Verzen).
b Ik moet hier recht doen aan de edelmoedigheid van mijne
vriend BACULUS, die mij voor eenige maanden alleraangenaamst
met een exemplaar van dit mijn lievelingswerk verraste. De goede
man deed wat hij kon; maar het was mijneMoeder de Gans niet.
c Of men laat hen bladeren in boeken, als b. v.De fabelen
van GELLERT, (die niet voor de jeugd geschreven
zijn), opdat zij toch vroeg zouden leeren hunne naasten te
mistrouwen en met de vrouwen te spotten.
d Bijbel voor de Jeugd, D. I. p. 3.
e Sedert men begonnen heeft de insecten-wereld te beschaven, waarvan de heer BERTOLOTTO met zijne Industrielles een verheven voorbeeld gegeven heeft, is er ten minste een lichtstraal van troost gekomen. En wanneer de Maatschappij tot Zedelijke Verbetering en het Matigheids-genootschap der Infusoria zullen zijn opgericht, is het te verwachten, dat de Oxygeen-Microscoop ons vreedzamer tooneelen zal kunnen aanbieden.
Janet Boltjes en Suzanne Broersen - Laatste correcties juni 1995