| Camera Obscura | 1946 | 1978 | 1984 |

CAMERA OBSCURA editie 1884

CAMERA OBSCURA
van
HILDEBRAND.

Nec lusisse pudet, sed non incidere ludum.
Horatius.

Geïllustreerd door F. Carl Sierig.

Nieuwe, goedkoope uitgaaf.

Haarlem. - De erven F. Bohn.
1884.


De schaduwen en schimmen van Nadenken, Herinnering, en Verbeelding vallen in de ziel als in eene Camera Obscura, en sommige zoo treffend en aardig, dat men lust gevoelt ze na te teekenen en, met ze wat bij te werken, op te kleuren, en te groepeeren, er kleine schilderijen van te maken, die dan ook al naar de groote tentoonstellingen kunnen gezonden worden, waar een klein hoekje goed genoeg voor hen is. Men moet er evenwel geen portretten op zoeken; want niet alleen staat er honderdmaal een neus van Herinnering op een gezicht van Verbeelding, maar ook is de uitdrukking des gelaats zoo weinig bepaald, dat een zelfde tronie dikwijs op wel vijftig onderscheiden menschen gelijkt.

Anonymus in libro non edito.


Inhoud

Verspreide stukken van Hildebrand

De Gids, Jaarg. 1837, 1838, Proza en Poëzy, Verspr. Opst. en Verzen. Haarl. 1840. Souvenirs d'un Voyage à Paris, par J. Kneppelhout, Leyde 1839. Leeskabinet, Jaarg. 1841. De Nederlanden. Karakterschetzen enz., 's Gravenhage, Nederl. Maatsch. van Schoone Kunsten. Ook het volgende stukje was voor de Nederlanden bestemd en reeds in handen der redactie, toen het werk gestaakt werd, en de Maatschappij van Schoone Kunsten ophield te bestaan. Het verschijnt dus te dezer plaatse in druk, om het dozijn schetsjes vol te maken. Hollandsche Illustratie 1865-66